Nederlandsche Courant 10 maart 1828,
In den morgen van den 7den Maart, ontwaarde men van het strand te Katwijk aan Zee, op de hoogte van Scheveningen, ongeveer een half uur van land, in zee, een twee mast vaartuig, hetwelk in eenen zinkenden staat scheen te verkeeren. De Heer Fierman Eduard Meerburg, Direkteur der Reddingboot, begaf zich onverwijld met dezelve derwaarts, vergezeld van Maarten Florisz. Schaap, Dirk Florisz. Schaap, Leendert Willemsz. Van Duyn, Cornelis Arysz. Haasnoot, Klaas Reynsz. Hakker, Jacob Ysbrandsz. Plokker, jacob Arysz. Schaap en Gijsbert Teunisz. Van der Plas, alle ingezetenen van Katkwijk. Zij bereikten, hoezeer ook wind en stroom tegen was, intijds, het reeds gezonken schip, en namen het scheepsvolk, hetwelk zich in een der masten bevond, zijnde de Kapitein, Stuurman en vier Matrozen, in gemelde boot, terwijl de vijfde Matroos, die zich in de andere mast bevond, door een inmiddels aangekomen Scheveningsch vaartuig is ingenomen; en is alzoo gelukkig van de geheele equipagie niemand omgekomen. De boot met de geredde personen een eindwegs bezuiden het Dorp aan het strand zettende, hadden Heeren Strandvonders inmiddels zich naar dezelve met een rijtuig begeven en bragten daarmede de zes geredde personen in het Logement de Zwaan, alwaar dezelve van drooge kleederen, voedzel en verkwikking verden verzorgd.
Het gezonken schip is eene Brik, genaamd Ann Elisabeth, geladen met zeep, koperrood, verwstoffen en steenkoolen; kwam van New-Castle en was bestemd naar Bremen.
De ijver en het beleid van genoemden Direkteur en Manschappen der Reddingsboot, verdienen allen lof, en mogen ten voorbeeld strekken ter navolging in soortgelijke omstandigheden.
Leidsche Courant 12 maart 1828
Vrijdag morgen, den 7 dezer, was er tusschen Scheveningen en Katwijk eene Engelsche brik, Anna Elisabeth, Kapitein Dickson, in zinkenden staat. Dadelijk begaf zich de bestuurder der Reddingmaatschappij, P. Varkevisser, met eene boot in zee, welke gelijktijdig met de reddingsboot van Katwijk, onder het bestuur van Fierman Meerburgh, aan het wrak kwam, met dat gelukkig gevolg, dat de equipage, bestaande uit 6 man, uit de toppen der masten, welke-enkel nog maar boven water waren, en waarin zij 15 uren hadden gezeten, werd gered, en 5 hunner te Katwijk en een te Scheveningen, behouden aan wal werden gebragt.