Katwijk 31 januari 1953,
(Verslag schipper C. Jonker)
Op Zaterdag 31 januari 1953 te omstreeks 5 uur in de namiddag, werd door mij waargenomen, dat er ter hoogte van Katwijk een scheepje in moeilijkheden verkeerde.
Direct daarop werd mij door het Hoofd der Kustwacht, de Heer C. Varkevisser, mede gedeeld, dat hij had waargenomen dat voornoemd scheepje in nood verkeerde.
Terwijl ik naar huis ging voor mij in verbinding te stellen, werd mij door de politie mede gedeeld dat voornoemd scheepje gestrand was tussen Katwijk en Noordwijk.
Direct daarop heb ik mij in verbinding gesteld met de Heer W. Taat, daar deze voor zaken van huis was, heb ik onmiddellijk het personeel van de Reddingboot gewaarschuwd en het Bestuurslid L. van der Plas, en hun medegedeeld fat er een scheepje gestrand was tussen Katwijk en Noordwijk.
Daar mij met geen materiaal de strand konden berijden, heb ik met vier matrozen een onderzoek ingesteld en het leek ons dat het scheepje thans was afgedreven tot de Zuid Boulevard te Noordwijk, en dat er geen onmiddellijk gevaar voor de opvarenden.
Het scheepje was afkomstig uit O.D. 13. Er was een persoon van de Reddingboot van Noordwijk aanwezig.
Wij zijn toen naar Katwijk terug gekeerd en de Heer W. Taat die telkens aanwezig was, bovenstaande in kennis gesteld.
In opdracht van de Heer Taat zijn wij toen om 20.45 uur naar huis terug gekeerd.
Wind N.W. zware storm
Boot, wippertoestel en tractor stonden voor vertrek klaar.